Laatste update op 16 november 2019
“Het mag niet”
Sinds mei vorig jaar staat de urgentie van privacy bij de meeste volwassenen helder op het netvlies. Vooral bij ouders met kinderen in het basisonderwijs. Ze werden met de gekste toestemmingsverklaringen bestookt. Bijna niks lijkt meer “te mogen”. Er zijn voorbeelden genoeg: “Nee, dat doen we niet meer, dat mag niet van de AVG“. Of: “Mag dat wel van de AVG?” Je kent ze vast zelf.
De AVG staat voor ‘Algemene Verordening Gegevensbescherming’. Leuk detail is dat het woord ‘privacy’ alleen maar ergens in een voetnootje staat vermeld. Het draait dus om gegevensbescherming. Door de gegevensbescherming bereik je privacy.
“Die privacyregels toch”
De aanleiding van dit artikel is de tweet van CDA Europa, die reageert op een nieuwsbericht van de NOS:
?”Het kan niet zo zijn dat de privacyregels de mensenhandelaar beter beschermt dan het slachtoffer.
— CDA Europa (@cdaeuropa) 18 oktober 2019
Dat is echt de wereld op zijn kop” vindt @jeroen_lenaers
Lees meer ⤵https://t.co/gIgrt8NvxY
De NOS kopte ‘Slachtoffers mensenhandel verdwijnen uit beeld door nieuwe privacyregels‘. Die kop had wat mij betreft moeten zijn: ‘Slachtoffers mensenhandel verdwijnen uit beeld door onbekendheid met nieuwe privacyregels‘. Dat bekt niet zo lekker, maar het is wel waar. Sterker nog, de nieuwe privacyregels beschermen het slachtoffer juist extra.
Waar ging het om?
In vijf jaar tijd is het aantal meldingen bij CoMensha, het coördinatiecentrum tegen mensenhandel, vrijwel gehalveerd (van ruim 1200 naar een kleine 700). Hierdoor is er minder zicht op slachtoffers van mensenhandel, vooral Nederlandse minderjarigen die seksueel worden uitgebuit, raken uit beeld. Hulpinstanties melden veel minder, omdat ze in de veronderstelling zijn dat ze voor de melding toestemming nodig hebben van het slachtoffer. Volgens de NOS erkennen verschillende instellingen dat ze door de privacyregels terughoudend zijn geworden met melden.
Te voorzichtig
Er is veel terughoudendheid ontstaan in het werken met/uitwisselen van persoonsgegevens. Dat is eenvoudig te verklaren: er is niet overal voldoende kennis over hoe je bepaalde dingen moet aanpakken.
Wetgeving is nooit zwart/wit. De AVG geeft allerlei mogelijkheden aan organisaties om zelf keuzes te maken. Die moeten wel verantwoord zijn. Om dit goed te doen, heb je kennis nodig en dat is bij kleinere organisaties vaak niet voldoende aanwezig. Het gevolg is dat er aannames worden gedaan en dat men terughoudender wordt dan nodig. En dat is erg jammer.
Meer dan alleen (U)AVG
Onder de tweet van het CDA geeft de zeer deskundige Jeroen Terstegge een juridische verhandeling waaruit zou blijken dat er een wettekst in de UAVG (de uitvoeringswet) moet worden aangepast om in deze specifieke situatie toch meldingen aan Comensha te mogen doorgeven. Het is een valkuil om alleen naar de AVG en UAVG te kijken.
Er is meer aan wet- en regelgeving. De politie kan bijvoorbeeld op grond van het Besluit Politiegegevens informatie verstrekken aan CoMensha. Ina Hut van CoMensha zegt dat er een gerechtvaardigd belang is om meldingen te doen, maar zowel Jeroen als Ina vergeten dat jeugdzorginstellingen zijn aangemerkt als publiekrechtelijke instellingen door de overheid. Ze worden juist geacht “de bescherming van de betrokkene of van de rechten en vrijheden van anderen te waarborgen”. Ze kunnen een beroep doen op de verwerkingsgrondslag ‘algemeen belang’ om meldingen te doen, want …
Het mag wèl
De combinatie van de aanmerking ‘publiekrechtelijke instelling’ en diverse internationale wet- en regelgeving die verdere aanknopingspunten bieden om meldingen te blijven doen – zoals het Palermo Protocol, het verdrag van de Raad van Europa ter bestrijding van mensenhandel en de EU Richtlijn inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan – maakt het vragen van expliciete toestemming aan slachtoffers onnodig. De instellingen kunnen gewoon meldingen blijven doen bij CoMensha, net als de politie. We mogen dat ook gewoon van de organisaties verwachten, het hoort immers bij hun taak.